Na het vertrek van huisarts Van Dobben hebben circa 1.500 inwoners van Bodegraven geen huisarts meer en zij kunnen ook niet terecht bij de overige huisartsenpraktijken. Twee huisartsen die een nieuwe huisartsenpraktijk willen beginnen, zijn nog steeds op zoek naar permanente betaalbare huisvesting. Wethouder Dirk-Jan Knol reageert op de kritiek die er op hem is geuit met betrekking tot het faciliteren van de nieuwe huisartsenpraktijk in Bodegraven. De gemeente heeft volgens hem actief geprobeerd te helpen door een tijdelijke locatie voor te stellen en kosten te willen voorfinancieren. De huisartsen hebben berekend dat ze niet genoeg verdienen om de huur van de grond en de portocabins te kunnen betalen.
Wethouder Knol benadrukt dat de gemeente graag extra huisartsen wil verwelkomen, omdat eerstelijnszorg essentieel is voor de gezondheid van inwoners. ‘Echter, huisartsenzorg is de verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraars. Als inwoners geen huisarts kunnen vinden, kunnen ze contact opnemen met hun zorgverzekeraar. Het vinden van geschikte huisvesting voor huisartsen is een gedeelde taak van huisartsen, zorgverzekeraars en de gemeente’, zegt hij.
Wethouder Knol zegt dat de gemeente graag wil bijdragen aan een oplossing en dat ze nauw samenwerken met de huisartsengroep. Er is overleg tussen de gemeente, huisartsengroep, regionale coöperatie Mediis en zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid om vruchtbare vervolgstappen te zetten. De gemeente waardeert de inzet van alle betrokken partijen en hoopt op een constructieve oplossing om de inwoners van Bodegraven te helpen, evenals de huisartsen die momenteel overbelast zijn en geïnteresseerde huisartsen om op een gezonde manier een praktijk te starten.
Tekst Anneke Bekker
Bron persbericht van de gemeente